Taks op de effectenrekeningen 2.0.:

Taks op de effectenrekeningen 2.0.:

hoe zit het met niet-ingezetenen en Luxemburgse ingezetenen?
- Wie moet de taks op de effectenrekeningen betalen?
- Wat zijn de criteria om te bepalen of niet-ingezetenen deze taks al dan niet moeten betalen?
- De fiscus heeft zopas zijn standpunt verduidelijkt, met directe gevolgen voor Luxemburgse ingezetenen die een effectenrekening in België aanhouden.

Zoals u weet, is de Belgische wet van 17 februari 2021 tot invoering van een (nieuwe) jaarlijkse taks van 0,15% op effectenrekeningen in werking getreden op 26 februari 2021. 

Deze taks van 0,15% wordt geheven op alle effectenrekeningen met een gemiddelde waarde van meer dan 1.000.000 euro. 

Niet-ingezetenen die effectenrekeningen in België aanhouden, kunnen door deze taks worden beoogd.

Concreet zijn niet-ingezetenen de taks op de effectenrekeningen verschuldigd, tenzij ze ingezetenen zijn van een land dat met België een dubbelbelastingverdrag heeft gesloten dat de bevoegdheid om het vermogen te belasten, toekent aan de woonstaat van de houder van de effectenrekening.

In haar FAQ’s van 27 januari 2022[1] heeft de administratie, enerzijds, een lijst opgenomen van de landen die de heffingsbevoegdheid aan de woonstaat toekennen en, anderzijds, een lijst van de landen die de heffingsbevoegdheid aan de bronstaat toekennen (dat wil zeggen aan België).

Attest van woonst

Er wordt uitdrukkelijk gesteld dat de titularis van een in België geopende effectenrekening die ingezetene is van een land dat de heffingsbevoegdheid aan de woonstaat toekent, « elk jaar een door de belastingautoriteit van zijn woonstaat opgesteld attest van woonst moet indienen », indien hij wil genieten van de vrijstelling van de taks op de effectenrekeningen.

Dit attest moet worden overgemaakt aan de bank waarbij de effectenrekening geopend is. Zij moet dit document trouwens ter beschikking houden van de Belgische belastingadministratie.

Indien er meerdere titularissen zijn, geldt deze verplichting voor elk van hen.

De wettigheid van deze jaarlijkse verplichting voor niet-ingezetenen die van de taks zijn vrijgesteld krachtens een dubbelbelastingverdrag, is twijfelachtig. De wet van 17 februari 2021 maakt immers geen enkele melding van een dergelijk formalisme. Alleen de FAQ's van de belastingadministratie voorzien hierin!     

Maar dat is nog niet alles!

De belastingadministratie zou op het punt staan om de inhoud van deze FAQ’s aan te passen.

Uit twee recente arresten van het Hof van Cassatie blijkt immers dat de vermogensbelasting die beoogd wordt door het tussen België en het Groothertogdom Luxemburg gesloten dubbelbelastingverdrag, dat de heffingsbevoegdheid aan de woonstaat toekent, de taks op de effectenrekeningen niet omvat. 

Bijgevolg zullen Luxemburgse ingezetenen die een effectenrekening bij een Belgische bank aanhouden, de taks verschuldigd zijn (indien aan alle wettelijke voorwaarden is voldaan), aangezien de bevoegdheid om het vermogen te belasten in fine aan de bronstaat, d.w.z. België, lijkt te zijn toegekend.

Conclusie

Het was eenvoudiger geweest om de "CRS”[2]-criteria toe te passen om te bepalen welke niet-ingezetenen kunnen genieten van de vrijstelling van de taks op de effectenrekeningen. 

In dit stadium acht de Belgische belastingadministratie deze wettelijke norm weinig betrouwbaar en houdt zij voet bij stuk.

Jaarlijks een fiscaal attest van woonst aan zijn administratie vragen teneinde de vrijstelling van de taks op de effectenrekeningen te bekomen, zal verplicht blijken.

Luxemburgse ingezetenen zullen kennelijk van deze administratieve verplichting worden vrijgesteld. 

Het valt nog te bezien of deze wijziging van de FAQ's van de administratie terugwerkende kracht zal hebben voor de referentieperiode afgesloten op 30 september 2021. En hoe zit het met de huidige referentieperiode, die op 1 oktober 2021 is ingegaan? 

Het Wealth Planning & Structuring-team volgt het dossier op de voet en zal u zeker op de hoogte houden van de toekomstige ontwikkelingen.

  

 

[1] Zie bijlage bij de FAQ's.

[2] CRS staat voor Common Reporting Standard; opgesteld door de OESO in 2014, het is een standaard voor de automatische uitwisseling van informatie tussen partnerlanden met het oog op de bestrijding van belastingontduiking.